Een eerbetoon aan J.C. Kannemeyer

Door Irwan Droog, Redacteur Uitgeverij Cossee | 13 januari 2013 |

Op 18 december 2012 organiseerde het Amsterdamse Zuid-Afrikahuis een bijeenkomst rondom de onlangs verschenen biografie J.M. Coetzee. Een schrijversleven door J.C. Kannemeyer. Een jaar eerder overleed de gerespecteerde biograaf en letterkundige Kannemeyer, op eerste kerstdag 2011, kort na het inleveren van het voltooide manuscript bij zijn Zuid-Afrikaanse uitgever Jonathan Ball. De avond in het sfeervolle pand aan de Amsterdamse Keizersgracht ging logischerwijs niet alleen over de biografie, maar ook vooral over de biograaf: die schreef een omvangrijk en uitstekend gedocumenteerd boek dat met recht zijn levenswerk genoemd kan worden. Of, in de woorden van mede-organisatrice Ingrid Glorie: ‘de logische kroon op een fenomenale carrière’.

Ingrid Glorie (die onlangs een aangrijpend in memoriam schreef voor Kannemeyer op www.litnet.co.za) opende de avond met een aankondiging van drie sprekers: Eva Cossée, de Nederlandse uitgeefster van J.M. Coetzee en Kannemeyer, Peter Bergsma, sinds 1983 vertaler van Coetzees werk, en Kristien Hemmerechts, die eerder over Coetzee schreef en het proces van herinneren onderzoekt in haar boek Kronkelpaden van het geheugen (2012).

‘Het geheugen dwaalt’, stelt Hemmerechts. ‘Elke herinnering zegt evenveel over wie er herinnert als over wie herinnerd wordt.’ Die gedachte klinkt ook door in de woorden van een andere Vlaamse auteur die ze citeert, Hugo Claus: ‘Wij zijn nooit wat de anderen denken dat wij zijn.’ Dat heeft consequenties voor een biografie, zo lijkt de consensus in Amsterdam: de voorheen vaak als onkenbaar beschouwde Coetzee is nu als persoon en schrijver in een biografie vereeuwigd, maar J.M. Coetzee. Een schrijversleven is vooral ‘de waarheid van Kannemeyer’. Coetzee had het volste vertrouwen in die waarheid, dus verleende hij hem zijn medewerking en antwoordde hij eerlijk en openhartig op de vragen die Kannemeyer hem stelde tijdens de gesprekken die biograaf en gebiografeerde voerden in Australië.

Eenzelfde vertrouwen stond aan de basis van het ontstaan van de biografie: het was Coetzees Nederlandse uitgeefster Eva Cossée die hem zei dat de tijd rijp was voor het beantwoorden van bepaalde vragen over zijn werk en leven. Dat Coetzee hiermee instemde, zal uiteindelijk resulteren in een tweetal boeken: naast de biografie van Kannemeyer, die nu verkrijgbaar is in Zuid-Afrika, Australië en Nederland (en binnenkort in Engeland, de Verenigde Staten en andere landen), een in de toekomst te verschijnen boek van David Attwell, dat zich meer zal richten op een literatuurwetenschappelijke benadering van Coetzees werk.

Dat de biografie nu tot ver over de landsgrenzen van Zuid-Afrika geprezen wordt, zou Kannemeyer graag meegemaakt hebben. ‘Hij hield van Nederland,’ zegt Glorie, ‘en van Amsterdam.’ Hij organiseerde zelfs twee literêre toere door Nederland en Vlaanderen, waarbij hij Afrikaanse studenten en geïnteresseerden langs bijzondere plekken leidde; ook in het Zuid-Afrikahuis kwam hij graag, en werd hij even graag verwelkomd. Op de tafel voor de sprekers ligt een gedeelte van Kannemeyers imposante oeuvre uitgestald: werken die al lange tijd gelezen, geraadpleegd en bewonderd worden.

Dat het vertrouwen van Coetzee niet geschaad is door Kannemeyer, blijkt uit de eerste recensies die de toon, stijl en insteek van de biografie prijzen: ‘Een meesterlijke biografie’, zo kopte het Nederlandse dagblad NRC Handelsblad. Na afloop van de bijeenkomst stelt Elleke Boehmer, auteur en letterkundige, dat de koele, eenvoudige, haast klinische stijl die het werk van Coetzee kenmerkt, ook in de biografie in stand wordt gehouden: Kannemeyer heeft een bijzonder passende biografie geschreven.

Hoe ingewikkeld die stijl van Coetzee precies is, daar kan vertaler Peter Bergsma meer over vertellen. De eerste roman van Coetzee die hij vertaalde, Wachten op de barbaren, was briljant, dat had hij na eerste lezing al door; maar hoe zat het met dat ongedefinieerde land waar het verhaal zich afspeelt, en wie was die magistraat, de hoofdpersoon, nou eigenlijk? Als vertaler ben je eigenlijk de beste lezer en redacteur, en zelfs na meer dan een miljoen woorden van Coetzee te hebben vertaald ‘blijft waakzaamheid geboden’. Dat bleek ook weer bij het vertalen van Coetzees nieuwste roman, De kinderjaren van Jezus: dit boek is direct indrukwekkend, maar blijft je ook tot lang na het lezen bij.

De kinderjaren van Jezus verschijnt in februari 2013, als eerste in Nederland; niet alleen Kannemeyer had een bijzondere band met het Nederlandse taalgebied, ook Coetzee heeft die. De overschreden landsgrenzen vervagen nog verder wanneer Kristien Hemmerechts voorleest uit haar nieuwe boek en daarbij af en toe een Vlaams woordje moet vertalen voor de Nederlandse toehoorders. De bijeenkomst in het Zuid-Afrikahuis draaide onder andere om deze grensoverschrijdende cultuur, en natuurlijk stond Coetzee daarbij centraal – maar uiteindelijk was de avond vooral een eerbetoon aan het leven en werk van J.C. Kannemeyer.

J.C. Kannemeyer – J.M. Coetzee. Een schrijversleven
Uitgeverij Cossee, vertaling: Joost Poort
752 p. € 45
ISBN 978 90 5936 372 4